Tips voor prettig en veilig gebruik
Een brandende bijenwaskaars is een levend licht. En levend licht heeft je aandacht en verzorging nodig. Hier lees je hoe je verstandig met een (brandende) bijenwaskaars omgaat.
Tips voor de veiligheid
Hou je voor ieders veiligheid in elk geval aan deze regels:
- Laat je bijenwaskaars net als andere kaarsen niet zonder toezicht branden.
- Zet je bijenwaskaarsen niet te dicht bij elkaar of naast een andere warmtebron.
- Laat kinderen en dieren niet alleen in een ruimte waar een kaars brandt.
- Zorg dat de vlam van je bijenwaskaars niet in de buurt komt van brandbare materialen.
Tips voor je eigen plezier
- Vermijd tocht. Ook bijenwaskaarsen gaan dan roeten, druipen en scheef afbranden.
- Als een bijenwaskaars scheef afbrandt, kun je de brandende lont voorzichtig opzij buigen.
- Om mooi en gelijkmatig op te branden is het – vooral bij dikkere kaarsen – belangrijk dat iedere keer de hele oppervlakte vloeibaar wordt. Laat de kaars daarom lang genoeg branden.
- Een te hoge rand rondom de lont kan ervoor zorgen dat de kaars minder mooi brandt. Snijdt daarom de rand bij als de kaars net uit is en de bijenwas nog warm aanvoelt.
- De ideale lengte voor een lont is ongeveer 1 cm. Een langere lont gaat meestal roeten. Knip het dan bij tot 1 cm.
- Plaats de kaars niet in de felle zon of bij een warmtebron zoals een kachel. Dan verliest de kaars zijn vorm.
- Roet en rookvrij de lont doven. Dat doe je door de brandende lont met een snelle, gecontroleerde beweging de lont in de vloeibare bijenwas te drukken. Zet hem daarna weer recht. Zo voorkom je het nasmeulen. Bovendien is je Dipamkaars weer makkelijker aan te steken.
Witte uitslag op een bijenwaskaars?
Gefeliciteerd! Jouw bijenwaskaars bestaat uit 100% pure bijenwas. Een witte uitslag ontstaat alleen op bijenwaskaarsen van de hoogste kwaliteit. Het ontstaat na verloop van tijd vanzelf, vooral bij lagere temperaturen. Dit is een natuurlijk proces. De witte uitslag kan gemakkelijk verwijderd worden met een zachte doek.